Procedure voor de rechtbank

Wanneer de procureur des konings oordeelt dat voldoende bezwaren bestaan lastens een bepaalde verdachte, dan zal hij deze dagvaarden voor de Politierechtbank, Correctionele Rechtbank, of desgevallend voor het Hof van Assisen.

Het zal evenwel de rechter zijn die, op basis van het voor de procureur gevoerde strafonderzoek, zal oordelen of het misdrijf bewezen geacht wordt én welke straf zal opgelegd worden.

De rechter kan tot verschillende zaken besluiten:

  • De rechter kan oordelen dat u niet schuldig bent
  • De rechter kan u veroordelen tot het betalen van een geldboete
  • De rechter kan u veroordelen tot een gevangenisstraf
  • De rechter kan u een alternatieve straf opleggen

Alternatieve straffen

De gunst van de opschorting

Bij opschorting oordeelt de rechter dat de feiten bewezen zijn en dat de betichte bijgevolg schuldig is, maar hij legt geen veroordeling op.

De opschorting kan gekoppeld worden aan probatievoorwaarden (zie hierna). Deze probatievoorwaarden dienen nageleefd te worden gedurende een periode van één tot maximaal vijf jaar.

U kunt slechts van de gunst van de opschorting genieten indien:

  • u geen voorafgaande gevangenisstraf van meer dan zes maanden opgelegd werd
  • op het misdrijf geen straf staat die zwaarder is dan vijf jaar, met uitzondering van de drugsdelicten. 

Uitstel

Bij  uitstel oordeelt de rechter dat de feiten bewezen zijn én spreekt hij ook effectief een straf uit. Deze straf wordt evenwel uitgesproken met uitstel. Dit uitstel is meestal gekoppeld  aan probatievoorwaarden die dienen nageleefd te worden gedurende een periode van één tot maximaal vijf jaar.

U kunt slechts van de gunst van de opschorting genieten indien:

  • u geen voorafgaande gevangenisstraf van meer dan twaalf maanden opgelegd werd
  • op het misdrijf geen straf staat die zwaarder is dan vijf jaar, met uitzondering van de drugsdelicten. 

Probatievoorwaarden

Deze voorwaarden worden meestal opgelegd wanneer de rechter de gunst van de opschorting of het uitstel toekent.

De voorwaarden kunnen onder meer zijn: werk zoeken en gevonden werk niet vrijwillig verliezen, een ontwenningskuur volgen, therapie volgen, begeleiding door een justitieassistent waarbij men geregeld op gesprek dient te gaan, etc..

Werkstraf

De rechter kan – wanneer u hiertoe uitdrukkelijk instemt – een werkstraf opleggen. Dit houdt in dat u werk zult dienen te verrichten bij een openbare dienst of vzw gedurende een aantal door de rechter opgelegde uren. In principe wordt één maand gevangenisstraf gelijkgesteld aan een werkstraf van 60 uur. De werkstraf kan maximaal 300 uur bedragen. 

Rechtstakken